Liegen over water

Spread the love

Martin Schulz, de president van het Europees Parlement, beschuldigde in februari Israël van het stelen van water van de Palestijnen. Schulz:

Een jongen Palestijn vroeg mij waarom een Israëli 70 kubieke meter water per jaar mag verbruiken en een Palestijn slechts 17. Ik heb het niet onderzocht, maar ik vraag jullie, klopt dat?

Het is natuurlijk wel onderzocht, en de vraag is inderdaad: Klopt dat?

Een aantal feiten:

Volgens de Israëlische waterautoriteit verbruikte een Israëli in 2012 gemiddeld 183 liter water per dag. Dat is per jaar 66,8 kubieke meter water. Volgens een rapport van het waterschap van de Palestijnse Autoriteit (PA) verbruikte een Palestijn in datzelfde jaar dagelijks gemiddeld 103 liter water; dat is 37,7 kubieke meter water per jaar.

Dat is dus ruim twee keer zoveel als Martin Schulz nu propagandeert. Hij had het dus beter wel eerst even kunnen onderzoeken voor hij deze valse beschuldigingen openbaar maakte.

Ter indicatie: In Nederland gebruiken wij gemiddeld 120 liter water per dag en in drogere jaren ligt dit verbruik hoger.

In 2013 was ruim 95% van de Palestijnse bevolking aangesloten op het waternet. Dat was in 1967, direct na de Zesdaagse oorlog, slechts 10% van de zogenaamde ‘bezette’ gebieden. De Israëlische bezetting heeft dus gezorgd voor een enorme stijging van het aantal op het waternet aangesloten Palestijnen. Leest u daarover in de krant?

Volgens de PA lag het totale waterverbruik in 2013 op 196 miljoen kubieke meter water, waarvan 56 miljoen uit Israël afkomstig is. Dat is toch een aparte manier van ‘stelen’. Dit is opmerkelijk, aangezien Israël volgens de Oslo-akkoorden slechts 31 miljoen kubieke meter hoeft te leveren.
Volgens deze zelfde akkoorden is de PA verplicht om water op te gaan pompen aan de oostzijde van de bergeketens in Judea en Samaria. Wat aan de westzijde wordt opgepompt, leidt tot opdroging van de waterbronnen aan Israëlische zijde.

De PA heeft tot op heden nauwelijk actie ondernomen om pompstations aan de oostelijke zijde van de bergen te realiseren. Aan de westelijke helling zijn 250 illegale pompstations in gebruik.

Naast het oppompen van water kunnen de Palestijnen ook afvalwater hergebruiken. Momenteel wordt slechts 30% van het afvalwater gezuiverd en opnieuw gebruikt, terwijl in Israël maar liefst 87% van het afvalwater wordt hergebruikt.

De PA investeert NIET in afvalwaterreiniging, hoewel ze dat wel verplicht is. De PA heeft van westerse landen miljoenen dollars ontvangen voor het zuiveren van afvalwater, maar het afvalwater van 420 Palestijnse dorpen wordt nog steeds ongezuiverd geloosd in droge wadi’s die in westelijke richting (naar Israël) stromen.

In 2006 hebben vier Israëlische pionierssteden in Samaria een hypotheek van € 15.000.000,= afgesloten om met een nieuw systeem het afvalwaterprobleem in wadi Qana in West-Samaria aan te pakken. De Joodse pioniers stapten naar de Palestijnse burgemeester van Dir Ista en nodigden hem uit om mee te doen met dit project.

De burgemeester was verbaasd en gaf aan dat hij wel mee zou willen doen, maar dat de PA verboden heeft om samen te werken met pioniers.

Dit werd bevestigd door Ghaleb Mifrach:

De Palestijnse Autoriteit heeft een officieel verbod uitgevaardigd om met Joodse pioniers samen te werken. Toen Beitar Illit ons dorp aanbood om aangesloten te worden op hun afwateringssysteem moesten wij hun aanbod afslaan omdat de PA het niet toestaat.
De afgelopen vijftien voorzien wij de Joodse nederzetting Hadar Beitar van water tegen betaling. Het verbruik wordt door hen nauwkeurig gemeten. Toen op een dag de PA vroeg waarom er een waterleiding van ons dorp naar de Joodse nederzetting liep, moest ik een uitvlucht verzinnen. Opdat zij mij eindelijk met rust zouden laten, heb ik hen gezegd dat de pioniers ons water stelen.
In werkelijkheid kunnen wij het prima vinden met de pioniers

Als je de Israëlische en Palestijnse waterhuishouding zo objectief mogelijk vergelijkt, dan valt vooral op dat de PA geen moderne waterhuishouding kan of wil ontwikkelen. Om dit probleem te verdoezelen wordt Israël als zondebok aangewezen. Jammer dat de Duitse president van het Europees Parlement, Martin Schulz, zich zo makkelijk voor dit soort praktijken leent. Schulz erkent dat hij het niet onderzocht heeft, maar waarom confronteert hij de wereld dan wel met deze misleidende cijfers?

Overigens denken wij in dit verband ook aan Vitens die het samenwerkingsverband met Mekorot, waar zowel Israëli als Palestijnen werken, eenzijdig opzegde en ook nog eens tegen het beleid van het ministerie in. Vitens had een prachtige rol kunnen spelen in dit gebied, maar koos er helaas voor zich terug te trekken om zo de vrede te belemmeren.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *